Peter Martens, Pim Palsgraaf

 

Photographs / sculptures, paintings and drawings
20-05-2012 - 17-06-2012
Opening: 20-05-2012 from 16:00 - 18:00
Rotterdam, both rooms
Peter Martens - Kinderen van Martens

In april was het twintig jaar geleden dat de Rotterdamse fotograaf Peter Martens (1937-1992) overleed. Hij liet een uitgebreid archief na. Een langgekoesterde wens van Martens, de publicatie van twee fotoboeken, is door zijn vroegtijdig overlijden nooit uitgekomen. Dankzij de inspanning van vrienden en bewonderaars wordt die wens nu realiteit. In mei verschijnt het eerste fotoboek. Daarnaast zijn er gelijktijdig verschillende exposities in Rotterdam en Amsterdam te zien.

Martens was geboren en getogen in Rotterdam. Na allerlei baantjes en een afgebroken filmopleiding in Rome, vestigde hij zich in 1964 als zelfstandig fotograaf. Hij ontwikkelde zich tot een veelzijdig straatfotograaf met een eigen stijl. Zijn manier van werken is geïnspireerd door de lange Amerikaanse traditie van betrokken en persoonlijke documentaire fotografie.

Martens ging nog een stap verder en ontpopte zich tot een radicale fotograaf die het opnam voor kansarmen en verschoppelingen. Onvermoeibaar legde hij wereldwijd het onrecht en de brute pech waar miljoenen mensen onder gebukt gaan, vast in confronterende, grofkorrelige beelden. Als leverancier van het weekblad Panorama en later via het agentschap Magnum ook met bijdragen aan de internationale geïllustreerde pers, maakte Martens naam.

In zijn ongeveer tien jaar durende carrière, heeft Martens opvallend veel kinderen in beeld gebracht. Zijn interesse voor dit specifieke onderwerp voert terug naar Martens' eigen jeugd. Van zijn elfde tot zijn vijftiende zat hij op een internaat, met de eufemistische naam de Broeders van Liefde. ‘Daar heb ik geleerd hoe het niet moet. (...) Dan leer je het (onrecht) van de enig juiste kant bekijken: als slachtoffer'.*

‘In de derde wereld-landen zit de poen altijd in een paar zakken. En de eersten die dan de lul zijn, zijn de kinderen. Die zijn helemaal aan iedereen overgeleverd. Ze worden gemanipuleerd met godsdienst, onderwijs, armoede; er wordt van alles met kinderen uitgespookt dat niet deugt en ze kunnen niks terugdoen. En als je niet bij de kinderen begint, als de basis al fout is, dan kan er toch nooit iets goeds uit voortkomen?'*

Behalve foto's van kinderen die hij tijdens het reizen fotografeerde, zijn er ook foto's te zien die Martens van zijn zwangere echtgenote en hun kinderen maakte.
Martens' vrouw Janny Mager zal samen met haar twee dochters Anna en Lotje Martens de tentoonstelling op zondag 20 mei om 1700 uur openen.

Alle getoonde foto's zijn door Peter Martens zelf ontwikkeld en afgedrukt.

* Theo Baart en Winfred Evers ‘De kinderen van Peter Martens', in Plaatwerk 16, september 1986.


Pim Palsgraaf - Megalopolis

In Megalopolis is van Pim Palsgraaf een nieuwe serie sculpturen te zien, waarbij zijn stedelijke woekeringen niet langer op opgezette dieren zijn gestapeld, maar eerder ogen als op zichzelf staande, gestaag groeiende, parasiterende, architectonische schimmelstructuren. 

 

Pim Palsgraaf (1979, Gouda) verbeeldt in zijn werk de constante machtsstrijd tussen droom en werkelijkheid, tussen mens en natuur, tussen het organisch groeiende en het opgelegde rechtomlijnde, tussen vallen en weer opstaan, het veroveren en het verliezen van terrein.

 

Mens en natuur zijn in een machtsstrijd verwikkeld. De natuur lijkt momenteel de meest kwetsbare, maar geeft zich daarbij niet zomaar gewonnen. De mens creëert met zijn hedonistische, scheppende hand unieke patronen van urbanisatie, ten koste van plekken waar de mens eerder in evenwicht met de natuur samenleefde.

 

Niet alleen de scheppende hand van de mens is zichtbaar in Palsgraaf’s werk, maar ook de gevolgen wanneer iconen van de scheppende kracht van de mens in vergetelheid raken. Daar pakt de natuur terrein, als zijnde een ondergrondse beweging. Fabrieken uit industriële perioden worden weer ingepalmd door de natuur.

 

Palsgraaf’s werk bevat ook verwijzingen naar het krachtenveld rondom bewegingen binnen de hedendaagse samenleving. Velen werken aan oplossingen voor sociale ongelijkheid, ontbossing en oprakende grondstoffen. Zal de mens de strijd tegen of voor vervulling van zijn evolutionaire behoeften winnen? En wie strijdt hier eigenlijk tegen wie?

 

In de global village waarin iedereen verbonden is in netwerken, winnen sociale bewegingen snel terrein op grote instituten. Voor de grote instituten zijn deze bewegingen als favela’s. Om grip te krijgen, verwijderen overheden ongestructureerde stedelijke groei met precisie. Maar waar bulldozers aan de ene kant krotten wegruimen, bouwen de bewoners deze aan de andere kant net zo hard weer aan. Waar aan de ene kant grote bedrijven proberen patenten te beschermen, kopiëren burgers deze aan de andere kant met gemak en verspreiden ze razendsnel.

 

Wie heeft gelijk, wat is de waarheid? En als de machtbezitters geen grip hebben op de machtelozen, maakt dat de machtelozen eigenlijk niet tot de grootste machthebbers?In Megalopolis is van Pim Palsgraaf een nieuwe serie sculpturen te zien, waarbij zijn stedelijke woekeringen niet langer op opgezette dieren zijn gestapeld, maar eerder ogen als op zichzelf staande, gestaag groeiende, parasiterende, architectonische schimmelstructuren.

Pim Palsgraaf (1979, Gouda) verbeeldt in zijn werk de constante machtsstrijd tussen droom en werkelijkheid, tussen mens en natuur, tussen het organisch groeiende en het opgelegde rechtomlijnde, tussen vallen en weer opstaan, het veroveren en het verliezen van terrein.

Mens en natuur zijn in een machtsstrijd verwikkeld. De natuur lijkt momenteel de meest kwetsbare, maar geeft zich daarbij niet zomaar gewonnen. De mens creëert met zijn hedonistische, scheppende hand unieke patronen van urbanisatie, ten koste van plekken waar de mens eerder in evenwicht met de natuur samenleefde.

Niet alleen de scheppende hand van de mens is zichtbaar in Palsgraaf's werk, maar ook de gevolgen wanneer iconen van de scheppende kracht van de mens in vergetelheid raken. Daar pakt de natuur terrein, als zijnde een ondergrondse beweging. Fabrieken uit industriële perioden worden weer ingepalmd door de natuur.

Palsgraaf's werk bevat ook verwijzingen naar het krachtenveld rondom bewegingen binnen de hedendaagse samenleving. Velen werken aan oplossingen voor sociale ongelijkheid, ontbossing en oprakende grondstoffen. Zal de mens de strijd tegen of voor vervulling van zijn evolutionaire behoeften winnen? En wie strijdt hier eigenlijk tegen wie?

In de global village waarin iedereen verbonden is in netwerken, winnen sociale bewegingen snel terrein op grote instituten. Voor de grote instituten zijn deze bewegingen als favela's. Om grip te krijgen, verwijderen overheden ongestructureerde stedelijke groei met precisie. Maar waar bulldozers aan de ene kant krotten wegruimen, bouwen de bewoners deze aan de andere kant net zo hard weer aan. Waar aan de ene kant grote bedrijven proberen patenten te beschermen, kopiëren burgers deze aan de andere kant met gemak en verspreiden ze razendsnel.

Wie heeft gelijk, wat is de waarheid? En als de machtbezitters geen grip hebben op de machtelozen, maakt dat de machtelozen eigenlijk niet tot de grootste machthebbers?