Leven is lijden, maar omdat daar toch niets aan te doen is, kun je het maar beter van de luchtige kant bekijken. Achter elke heg beziet de dood met verbazing de nijvere tuinvrouw. Slaat ze op de vlucht? Ik dacht het niet. Met een houten been kom je tóch niet ver, maar misschien kun je er wél de dood nog een gevoelige klap mee geven.
Pantus laat zich inspireren door de lust in het schilderen van de klassieke meesters. Net als Frans Hals, Fragonard, Courbet, Goya, schildert ze de grote thema's via de kleine verhalen. Maar in haar schilderijen zijn dat de kleine verhalen uit haar eigen leven.
Vrouwen figureren volop in haar werk. Lag daarbij in de vroege schilderijen de nadruk meer op luchtigheid en speelsheid, in haar meest recente werk; de portretten die zij bij Cokkie Snoei laat zien, stralen zij een vervaarlijke kracht uit. Het is de bravoure die ontstaat als er niets meer te verliezen valt en het leven dus pas goed kan beginnen.
Helma Pantus volgde rond 1980 de schilderopleiding bij Ateliers '63 in Haarlem. Zij begon met haar figuratieve werk toen abstractie op de opleidingen de dominante praktijk was. In 1983 won zij de Koninklijke Prijs voor de Schilderkunst en in 1994 de prijs van het internationale vrouwenfonds Mama Cash.
Werk van Helma Pantus bevindt zich o.a. in de collecties van het Stedelijk Museum Amsterdam, het Museum voor Moderne Kunst Arnhem en in de ABN AMRO-Collectie. Kennedy Van der Laan, De Nederlandse Bank en het AMC.
De tentoonstelling wordt op zondagmiddag 20 oktober om 16.30 uur geopend door Marina Aarts, specialist 17de eeuwse schilderkunst.